Voor en goede differentiële diagnostiek is het beslist noodzakelijk dat de onderzoeker de verschillende ziekten, pijnklachten en de daarmee gepaard gaande symptomatologie kan onderscheiden.
Zo dient men in de aangedane regio onder meer te kunnen onderscheiden:
– daadwerkelijke (anatomische) kaakgewrichtafwijkingen (bijvoorbeeld perforatie van de discus, intra-capsulaire tumoren en ontstekingen).
– Rond het gewricht en oor zijn de lymfklieren van belang om te onderzoeken op bijvoorbeeld ontstekingen van deze klieren, tumoractiviteit, etc.
– Ook aandoeningen van de uitwendige gehoorgang dienen te worden uitgesloten.
– Soms kunnen zelfs fracturen van de onderkaak een rol spelen in het klachtenbeeld.
Van eminent belang blijft dan ook de aantoning/uitsluiting van echte gebitsafwijkingen.
Om enkele voorbeelden te noemen: in de kaak gelegen en nog niet of half doorgebroken verstandskiezen, peri-apicale ontstekingen (abcesvorming), cysten en ernstige paradentale afwijkingen. Te hoog kroon- en/of brugwerk kunnen worden aangemerkt als oorzakelijke factoren. Ook abcessen in de kaakholten en neuralgische pijnen door tumoractiviteit moeten worden onderkent.
Succesvolle behandeling is dus afhankelijk van kennis van en inzicht in de ontstaansfactoren, symptomatologie en de juiste diagnostiek.
Samenvatting van de belangrijkste pijnprojecterende gebieden en triggerpoints in de betreffende spieren:
1. Pijnprojectie in de wenkbrauwregio en rond het oog:
m.masseter, m.sternocleidomatoideus m.temporalis m.orbicularis oculi m.occipitalis m.splenius en m.trapezius
2. Pijnprojectie in en rond het oor:
m.masseter, m.sternocleidomastoieus (pars claviculare), m. pterygoideus lateralis en m.pterygoideus medialis
3. Pijnprojectie in en rond de wang en onderkaak:
m.sternocleidomastoideus (pars sternale) m.masseter m.pterygoideus lateralis (caput superior) m. orbicularis oculi m.trapezius en m.digastricus
4. Pijnprojectie in premolaren en molaren in de bovenkaak (kiespijn)
m. temporalis m.masseter m.digastricus